Helaas kennen veel mensen de hoofdstad ven de gelijknamige provincie alleen omdat ze er wel eens geland zijn. Na aankomst op de luchthaven wordt de stad verlaten om naar een zonovergoten vakantiebestemming aan de Costa del Sol te gaan en pas een paar uur voor de terugvlucht weer terug in Málaga te arriveren.
Dat is wel erg jammer, want de stad heeft veel te bieden, Haar rijke historie en cultuur, de prachtige stranden en de passie van haar inwoners zijn daar mooie voorbeelden van. Het stadscentrum heeft een oppervlakte van bijna 400 km².
Met ruim 590.000 inwoners is Málaga in 2018 na Sevilla de grootste stad van Andalusië. Vanuit de stad kun je rondreizen maken door Andalusië of juist lekker in de stad vertoeven en daar genieten van het heerlijke weer.
Geschiedenis van Málaga
De Feniciërs waren de eersten die zich al eeuwen voor het begin van de jaartelling vestigden naast de heuvel waarop het Alcazaba de Málaga is verrezen. Zij doopten de stad Malaca en bewerkten er het keramiek dat zij importeerden uit Fenicië. Ze bouwden een verdedigingsmuur met een aanlegsteiger aan de voet van de Alcazaba zodat ze konden handelen en importeren uit Fenicië, Italië, Griekenland en Noord-Afrika. De visserij die tot op de dag van vandaag het hart van Málaga vormt ontstond ook in die periode.
Nadat Malakka enkele jaren door de Carthagen werd bestuurd werd het in de 3e eeuw veroverd door de Romeinen, wat ervoor zorgde dat monumentale gebouwen zoals het Romeinse theater in de stad verrezen.
Nadat ook de Visgoten enkele eeuwen de scepter zwaaiden in de stad werd het in de 8e eeuw veroverd door de moslims en werd de stad Malaqa de hoofdstad van de provincie Rayya om uiteindelijk in de 13e eeuw toe te worden gevoegd aan het Nasrid-konkrijk Granada.
De welvaart was enorm in de eeuwen daarna, er werd gehandeld in luxe producten zoals zijde en met goud belegd aardewerk. Ook werden er katoen en specerijen geïmporteerd uit het Verre Oosten. In de 15e eeuw werden er grote vestingsmuren gebouwd die samen met het Alcazaba en het Kasteel van Gibralfaro de stad beschermden. Er verrezen moskeeën door de hele stad, de belangrijkste was de Aljama
moskee.
Aan het einde van de 15e eeuw werd de stad veroverd door de katholieken met als dieptepunt de deportatie van 15.000 moslims uit de stad die als slaven werden verhandeld. De christenen namen hun intrek in de stad en de Aljama-moskee werd ingewijd als kathedraal.
De bevolking groeide in de 16e eeuw sterk en de stad groeide buiten zijn vestingmuren. De toegenomen handel zorgde ervoor dat er werd begonnen met de bouw van een nieuwe haven. Na de zware 16e en 17e eeuw die werd gekenmerkt door oorlogen en epidemieën groeide de stad in de 18e eeuw weer verder. De nieuwe welvaart zorgde voor de bouw van veel nieuwe gebouwen en de muren in de stad werden neergehaald.
In de 19e eeuw werd de infrastructuur rondom de stad verder verbeterd, de eerste spoorlijn kwam en er werd opnieuw een nieuwe haven gebouwd.
In de tweede helft van de 20e eeuw kende de stad een spectaculaire verdubbeling van de bevolking en de economie werd steeds sterker met de opkomst van diensten, toerisme en de bouw. De uitbreiding van de luchthaven in de jaren '70 zorgde voor een sterke toename van het cultureel toerisme.
Natuur en klimaat
De stad ligt aan de voet van de Montes de Málaga, die de oostelijke kant van het stroomgebied van de Guadalmedina vormen. Een middelgebergte met steile hellingen met prachtige dennenbossen. Ook zijn er kleine eikenbossen met kurk- en galeiken, wilde olijven en coniferen. Er zijn veel roofvogels zoals haviken arenden en buizerds in het gebied en langs het water groeien wilgen, populieren en essen.
Málaga kent een mediterraan klimaat met droge zomers en bijna 3000 zonuren per jaar en zelfs in de koudste maanden van het jaar (december tot februari) ligt de gemiddelde maximumtemperatuur rond de 
17 graden Calsius. Er is praktisch geen vorst en de regenval concentreert zich in de wintermaanden, waarbij er erg veel neerslag ineens kan vallen die wateroverlast kan veroorzaken.
Toerisme
De stranden beslaan in totaal een kustlengte van zo'n 14 kilometer en zijn gescheiden van het stadsverkeer door prachtige promenades. Langs deze promenades zijn tal van strandbars en restaurants waar je kunt genieten van de traditionele (vis)gerechten uit Málaga.
De combinatie van deze heerlijke kustlijn en de cultuur van de stad biedt toeristen de mogelijkheid op een vakantie waarbij Picasso, het Alcazaba en een middagje strand met elkaar afgewisseld kunnen worden.
Er bestaat de mogelijkheid om fietsen te huren en de stad zo op eigen tempo te doorkruisen. Het stadscentrum biedt ook voor de liefhebbers van een dagje shoppen een rijke schakering aan winkels. In en rond de stad zijn veel mooie hotels te vinden waardoor je nooit ver van de actie bent.