In het hart van de provincie Jaén ligt de gemeente Úbeda. De culturele rijkdom met gebouwen uit met name de Renaissance is zo groot dat de stad in 2003 samen met Baeza op de werelderfgoedlijst is gezet.
De stad staat bekend als La Ciudad de los Cerros (Stad der Heuvels) en is een toeristische trekpleister. Naast de landbouw is dat dan ook de belangrijkste economische pijler van de stad.
De stad ligt op zo'n 40 kilometer ten noordoosten van de provinciehoofdstad en telde in 2018 34.602 inwoners. De stad is ook bekend vanwege de olijfolie, het vloeibare goud van Úbeda.
Geschiedenis van Úbeda
Uit studies van Fransisco Nocete in de Cerro del Alcazar zou blijken dat Úbeda de oudste stad van Europa is, hij bestaat al meer dan 6000 jaar. De eerste nederzettingen dateren uit de koper- en bronstijd en bevonden zich op de plaats waar nu de wijk Alcázar is. De keramische potten en landbouwwerktuigen tonen aan dat landbouw en veeteelt destijds de hoofdactiviteiten waren.
Nadat achtereenvolgens Oretanos, Visgoten en Romeinen het gebied in handen hadden gehad is de huidige stad officieel gesticht door de Arabieren in de 9e eeuw, zij noemden het Medinat-
Ubbadat Al-Arab oftewel het Úbeda van de Arabieren. De stad was één van de belangrijkste steden van Al-Andalus door zijn centrale functie en haar ambachten, landbouw en handel.
In de 13e eeuw was het na Alfonso VII vervolgens koning Fernando II die het gebied tussen Jaén, Córdoba, Sevilla en Cádiz veroverde en tot zijn koninkrijk vormde. In de eeuwen erna werd het een belangrijke stad in het grensgebied tussen Granada en Castilië en na de verovering van Granada kende de stad een periode van sterke economische bloei.
Dit was de grondslag voor de rijkdom die de stad kende in de 16e eeuw door de aanwezigheid van de steeds belangrijker wordende adel en geestelijkheid. De stad kende toen al 16.000 inwoners De adel laat architectuur van grote kunstenaars achter in de stad.
Aan deze bloeiperiode komt een eind in de crisisperiode van de 18e eeuw waarin Spanje werd overspoeld met epidemieën en later de Onafhankelijkheidsoorlog. Pas aan het einde van de 19 eeuw treedt het herstel in, enkele landeigenaren deden de bedrijvigheid dankzij landbouw en industrie herleven.
In de 20e eeuw werd het ambitieuze plan opgepakt om de stad te lanceren naar een nieuwe Renaissance. Pas na de oorlogen in de jaren '60 en '70 kent de stad een sterke groei in zowel bevolking als industrie. Het begint een soort bedevaartsoord voor cultuurliefhebbers te worden wat op 3 juli 2003 resulteert in het (samen met Baeza) 
uitroepen tot Werelderfgoed. Dit feit zorgde voor een nieuwe bedrijfstak in de stad, het toerisme.
Natuur en klimaat
De omgeving kent vele olijfboomgaarden en de olijfolie met oorsprongsbenaming Sierra Mágina komt uit dit gebied.
Zo'n tien kilometer ten noorden van de stad vind je het Giribaile stuwmeer aan de Guadalimar rivier waar tal van vissoorten leven, het meer kent ook een toeristische pier.
Zo'n dertig kilometer naar het zuidenwesten ligt het Parque Natural de Sierra Mágina terwijl in het oosten één van de grootste natuurparken van Europa ligt, de Sierra Cazorla.
De stad kent een continentaal-mediterraan klimaat met milde winters en warme, droge zomers waarin de temperatuur regelmatig oploopt tot boven de 40 graden.
Toerisme
De stad biedt een uitgelezen kans om een idee te krijgen van de kunst in de Renaissance. Prachtige paleizen en landhuizen uit de 15e en 16e eeuw weerspiegelen de macht van de adel in die periode.
Op het Plaza Vazquez de Molina vind je de plaats waar het enige beeldhouwwerk van Michelangelo dat in Spanje bewaard is gebleven, de Sacra Capilla de El Salvador. Ook vind je er de paleizen van Deán Ortega en de markies van Mancera, het gemeentehuis en de prachtige kerk Iglesia de Santa Maria de los Reales Alcázares (alleen de naam is al een kunstwerk).
Vanuit het Redonde de Miradores kijk je uit over de stad, haar monumenten en de heuvels waarop alles ie gebouwd. De miradores van San Lorenze en San Fransisco bieden een panoramisch zicht op de Sierra Mágina en de gigantische olijfboomvelden.