Deze gemeente ligt in de provincie Cádiz, net ten zuiden van de gemeente San Fernando. Chiclana de la Frontera had in 2019 ruim 84.000 inwoners.
De stad ligt aan de rand van de Sancti Petri moerassen, een natuurgebied met een rijke biodiversiteit en een gebied waar een opvallende sereniteit heerst. De stad wordt doorkruist door de Rio Iro.
In het zuidwesten van de gemeente zijn de jachthavens die via een pad door de duinen met dennenbomen (de typische Pinar del Coto de la Isleta die ook in El Puerto de Santa Maria veel voorkomt), kameleons en ijsvogels in verbinding met de rest van de gemeente staan.
Geschiedenis van Chiclana de la Frontera
Op de ruim 205 km² die de gemeente groot is zijn verschillende archeologische vindplaatsen (La Mesa, La Loma del Puerco) uit de oudheid die uitwijzen dat het gebied al in de prehistorie bewoond werd.
De Feniciërs bouwden een tempel op het eiland Sancti Petri vlak voor de kust. Ne de Feniciërs waren het de Grieken en de Carthagen die het gebied overnamen en zich met name in het nabijgelegen Gadir (Cádiz) vestigden.
Daarna kwamen de Romeinen aan de macht, zij namen de tempel op Sancti Petri opnieuw in gebruik en vereerden daar hun god Hercules. Nadat de moslims het gebied lang in handen hadden werd het in de vroege Middeleeuwen een grensstad tussen christenen en moslims.
De ontdekking van Amerika door Columbus betekende voor de regio een sterk groeiende markteconomie, waar Chiclana de vruchten van plukte. In de 18e eeuw werd Chiclana de la Frontera een toevluchtsoord voor de rijke klasse uit Cádiz die er hun landhuizen bouwden.
De groei in landbouw en met name de wijngaarden zorgden voor economische groei, de wijnexport naar Europa en Amerika was aanzienlijk. In de 18e eeuw werden gebouwen als de Torre del Alquillo del Reloj, paleizen als dat van Conde del Pinar en kerken zoals de Iglesia Mayor de San Juan Bautista gebouwd.
Na de Frans-Spaanse oorlog in 1811 en 1812 groeit de stad weer verder en de wijn uit de regio blijft in de eeuwen daarna belangrijk voor de economie. Pas in de tweede helft van de 20e eeuw wordt dit minder en wordt de economie meer gericht op toerisme en industrie, wat resulteerde in nieuw golfbanen, hotels en groeiende industriegebieden.
Natuur en klimaat
Het beschermde vogelgebied El Complejo Endorreico de Chiclana bestaat uit de lagunes van Jeli en Montellano en is in totaal 49 km² groot. In dit gebied leven zeldzame inheemse vogels en je vindt er de archeologische vindplaats El Fontanar.
Las Marismas de Sancti Petri zijn zoutwatermoerassen in het getijdengebied die achter het eiland liggen en waar ook veel beschermde vogels wonen of langstrekken op hun route van Doñana naar Afrika en terug. Er groeten specifieke plantsoorten (zoals de almajos) die bestand zijn tegen het hoge zoutgehalte in het gebied.
De stad kent een subtropisch mediterraan klimaat en heeft een gemiddelde jaartemperatuur van ongeveer 19 graden Celsius met liefst 3000 zonuren per jaar.
Toerisme
Het Parque Periurbano La Barrosa vormt de kustlijn van de gemeente met haar prachtige brede zandstranden en de goede omstandigheden voor watersporten als windsurfen en duiken.
Vanaf Playa de Sancti Petri kijk je uit op het indrukwekkende Castillo de Sancti Petri dat op een eilandje voor het strand ligt. Het goudgele zandstrand is ongeveer 50 meter breed en een kilometer lang. Het is een rustig strand zonder promenade of commerciële gebouwen.
Iets verderop ligt Playa de la Barrosa, een strand dat eigenlijk uit verschillende stranden bestaat. Het eerste gedeelte is een 6 kilometer langs stadsstrand met barretjes en restaurants terwijl een tweede gedeelte een maagdelijk strand is met veel rust en natuur, een derde gedeelte is het hotelgebied met een twintigtal hotels en veel toeristische voorzieningen.
Naast een bezoek aan de stranden zijn bij de toeristen ook de kerken (met name de Iglesia y Convento de Jesús Nazareno en de Iglesia San Telmo) populair. Vaak wordt La Torre del Reloj gezien als kenmerkend beeld van de stad.