Net boven Gibraltar in de provincie Cádiz ligt de havenplaats Algeciras, met ongeveer 122000 inwoners in 2019 de tweede stad van de provincie en helaas de laatste jaren vooral in het nieuws vanwege de drugshandel.
In 2020 werd maar liefst 50.000 kilo hasj en 14.000 kilo coke onderschept in de haven van Algeciras, maar dat is waarschijnlijk maar een topje van de ijsberg, want de politite en douane kunnen de grote toestroom van criminelen niet aan.
Rijk van flora en fauna is het rivierbekken van de Miel-rivier in het natuurpark Alcornocales, met de La Chorrera-waterval, molens en restanten van de wegen die in de Middeleeuwen werden gebruikt als routes over de bergen.
Geschiedenis Algeciras
Doordat de havenstad de natuurlijke verbinding tussen Afrika en Europa vormt bij de Straat van Gibraltar heeft het altijd een belangrijke functie vervuld als strategische plaats voor de verschillende overheersers.
In de Romeinse tijd heette de stad Portus Albus. De keramische ovens in El Rinconcillo dateren nog uit de 1e eeuw na Christus.
Nadat de stad was veroverd door de Arabieren kreeg het de naam Al-Yazirat Al-Jadra (Het groene eiland) waarvan de huidige naam Algeciras een verbastering is. De moren bouwden een fort en een prachtige moskee in de inmiddels ommuurde stad. De verdedigingstorens en muren werden in de 13e eeuw nog uitgebreid om een nieuw deel van de stad.
Een eeuw later dan een groot deel van Andalusië werd Algeciras na twee jaar onafgebroken strijd in 1344 op palmzondag veroverd door Alfonso XI. De koning gaf meteen opdracht om de Sante Maria de la Palma moskee katholiek te wijden. Vijfentwintig jaar later vielen de Moren de stad echter opnieuw binnen en veroverden het Algecireña-plein in 1369. Toen ze tien jaar later dachten dat ze het niet konden behouden, staken ze het in brand en lieten ze het totaal verwoest achter.
Na een vredige periode in Algeciras werd op 4 augustus 1704 Gibraltar aangevallen en een paar uur later wordt de Engelse vlag gehesen. Gibraltar blijft voor koningin Anne van Engeland.
De Spanjaarden vertrekken, ze willen niet leven onder het buitenlandse juk. Het grootste deel van de Gibraltarezen schuilt naast de hermitage van San Roque, waar later de stad met zijn naam zou worden geboren. Een andere groep vestigt zich in een kapel, waaruit later de stad Los Barrios zou ontstaan, en een andere kleine groep komt naar de plaats van het oude Algeciras en vestigt zich rond een hermitage in wat nu Plaza Alta is, waardoor de historische stad nieuw leven wordt ingeblazen.
Algeciras is een nieuwe leven begonnen, haar lot als een grote stad aan de baai staat buiten kijf. IJkpunt in de historie is de beroemde Feria Real de Algeciras, geautoriseerd in 1850, de Internationale Conferentie over Marokko die de stad in 1906 een reputatie van gastvrijheid en cultuur bezorgde en die vanaf dan elk jaar als groot feest gevierd wordt.
Toen in 1913 werd begonnen met de bouw van de haven groeide Algeciras in een versneld tempo en haar schoonheid komt tot uitdrukking in de bijnaam "City of Beautiful Bay".
Natuur en klimaat
Algeciras is omringt door mooie natuur, zo heeft het Parque Natural del Estrecho unieke kenmerken. Dit komt door de extreme klimatologische omstandigheden waaraan het wordt blootgesteld, met een zeer bijzondere fauna en flora.
Het Parque Natural de los Alcornocales is 170.000 hectare groot en herbergt het grootste kurkeiken bos ter wereld. Aan de monding van de Rio Palmones vindt je het beschermde moerasgebied Marisma del Río Palmones, waar onder andere otters leven.
Bij Punta de San García vind je het natuurgebied Parque del Centenario waar naast groene recreatiegebieden ook overblijfselen te vinden zijn van het fort Garcia. Je hebt vanuit dit gebied een geweldig uitzicht over de Straat van Girbaltar.
In de Campo de Gibraltar heerst een erg onregelmatig klimaat doordat het een overgangsgebied vormt tussen de Atlantische oceaan en de Middellandse Zee. De temperaturen zijn mild, maar de regenval is onregelmatig en kan erg hevig zijn. In de winter wisselen oosten- en westenwind zich af terwijl in de zomer de oostenwind de overhand voert. De gemiddelde maximumtemperaturen schommelen tuusen zo'n 16 graden in de winter tot ruim 27 graden hartje zomer.
Toerisme
Mooi is het strand van El Chinarral in Algeciras bij een van de kliffen bij Punta de San García en Punta El Rodeo. Op dit strand bevinden zich enkele meters uit de kust verschillende riffen, bekend als de Sisters. Dit maakt het een gevaarlijke plaats voor schepen. Het kleine strand is zelden druk, misschien omdatt het verscholen ligt tussen chalets en herenhuizen.
Het wat zuidelijker gelegen Playa de Getares is omgeven door bergen en natuur en ontleent haar naam in een naijgelegen Romeinse zoutfabriek.
Het meest bekende strand is Playa del Rinconcillo dat omgeven wordt door de gelijknamige wijk. Het is een lang strand dat populair is onder de inwoners van de stad, het heeft een smalle promenade met bars en restaurants en het strand wordt de hele zomer bewaakt.
Voor liefhebbers van de flamenco muziek is er de Paco de Lucia-route die je voert langs de belangrijke plekken in het leven van deze beroemde flamencogitarist..